Tjideng

http://dbpedia.org/resource/Tjideng an entity of type: Place

Tjideng (Cideng dans la graphie actuelle) était un camp d'internement japonais pour les femmes et les enfants pendant la Seconde Guerre mondiale, à Batavia (Indes Néerlandaises), actuelle Jakarta en Indonésie. Il était situé dans le kelurahan de dans le district de Gambir, Jakarta Centre. rdf:langString
Tjideng was a Japanese internment camp for women and children during the Second World War, in then Batavia (today Jakarta, Indonesia). Batavia came under Japanese control in 1942, and part of the city, called Camp Tjideng, was used for the internment of European (often Dutch) women and children. The men and older boys were transferred to other camps, many to prisoner of war camps. rdf:langString
Kamp Tjideng was een Japans interneringskamp voor vrouwen en kinderen tijdens de Tweede Wereldoorlog, in de wijk Tjideng (nu gespeld als Cideng) van het toenmalige Batavia (Nederlands-Indië). Batavia kwam onder controle van de Japanners in 1942, en een deel van de stad werd als Kamp Tjideng gebruikt voor het interneren van Europese (vaak Nederlandse) vrouwen en kinderen. De mannen en jongens werden ondergebracht in andere kampen, vaak kampen voor krijgsgevangenen. rdf:langString
rdf:langString Camp d'internement de Tjideng
rdf:langString Kamp Tjideng
rdf:langString Tjideng
xsd:integer 43788479
xsd:integer 1062579175
rdf:langString yes
rdf:langString January 2018
rdf:langString Tjideng (Cideng dans la graphie actuelle) était un camp d'internement japonais pour les femmes et les enfants pendant la Seconde Guerre mondiale, à Batavia (Indes Néerlandaises), actuelle Jakarta en Indonésie. Il était situé dans le kelurahan de dans le district de Gambir, Jakarta Centre.
rdf:langString Tjideng was a Japanese internment camp for women and children during the Second World War, in then Batavia (today Jakarta, Indonesia). Batavia came under Japanese control in 1942, and part of the city, called Camp Tjideng, was used for the internment of European (often Dutch) women and children. The men and older boys were transferred to other camps, many to prisoner of war camps. Initially Tjideng was under civilian authority, and the conditions were bearable. But when the military took over, privileges (such as being allowed to cook for themselves and the opportunity for religious services) were quickly withdrawn. Food preparation was centralised and the quality and quantity of food rapidly declined. Hunger and disease struck, and because no medicines were available, the number of fatalities increased. The area of Camp Tjideng was over time made smaller and smaller, while it was obliged to accommodate more and more prisoners. Initially there were about 2,000 prisoners and at the end of the war there were approximately 10,500, while the territory had been reduced to a quarter of its original size. Every bit of space was used for sleeping, including the unused kitchens and waterless bathrooms. From April 1944 the camp was under the command of Captain Kenichi Sone, who was responsible for many atrocities. After the war Sone was arrested, and sentenced to death on September 2, 1946. The sentence was carried out by a Dutch firing squad in December of that year, after a request for pardon to the Dutch lieutenant governor-general, Hubertus van Mook, was rejected. Van Mook's wife had been one of Sone's prisoners.
rdf:langString Kamp Tjideng was een Japans interneringskamp voor vrouwen en kinderen tijdens de Tweede Wereldoorlog, in de wijk Tjideng (nu gespeld als Cideng) van het toenmalige Batavia (Nederlands-Indië). Batavia kwam onder controle van de Japanners in 1942, en een deel van de stad werd als Kamp Tjideng gebruikt voor het interneren van Europese (vaak Nederlandse) vrouwen en kinderen. De mannen en jongens werden ondergebracht in andere kampen, vaak kampen voor krijgsgevangenen. In eerste instantie stond Tjideng onder burgergezag, en waren de omstandigheden dragelijk. Toen echter de militairen het gezag overnamen werden privileges (zoals het zelf mogen koken, en de mogelijkheid voor kerkdiensten) al snel ingetrokken. Bezittingen moesten worden afgestaan, en tweemaal daags moesten alle gevangenen aantreden op appél, en moest er gebogen worden in de richting van Japan. Er kwam een centrale voedselvoorziening en de kwaliteit en hoeveelheid voedsel namen snel af. Honger en ziekte sloegen toe en omdat er geen medicijnen beschikbaar werden gesteld steeg het aantal dodelijke slachtoffers. Het gebied van Kamp Tjideng werd in de loop der tijd steeds kleiner gemaakt, wat de Japanners niet weerhield om er steeds meer gevangenen onder te brengen. Waren er in eerste instantie ca. 2000 gevangenen, aan het einde van de oorlog waren er ca. 10.500, waarbij het grondgebied was teruggebracht tot een kwart van het oorspronkelijke. Elk stukje ruimte werd gebruikt voor slaapplaatsen, inclusief de keukens (er kon niet worden gekookt) en badkamers (leidingwater was niet beschikbaar). Om toch voldoende slaapplaatsen te hebben waren slaapplaatsen niet breder dan 30 centimeter. Vanaf april 1944 stond het kamp onder commando van kapitein Kenichi Sonei, die verantwoordelijk was voor veel gruweldaden. Op 25 februari werden ongeveer 150 jongens bij de moeders weggehaald en afgevoerd.
xsd:nonNegativeInteger 3470

data from the linked data cloud