Ranging rod
http://dbpedia.org/resource/Ranging_rod an entity of type: Thing
Tyczka geodezyjna (także: tyczka miernicza) – wykonana z drewna lub metalu o długości 2 metrów, pomalowana w biało-czerwone poziome pasy o szerokości 20 cm, 25 cm lub 50 cm. U dołu jest zakończona grotem (ostrzem, spinem) dla ułatwienia wbicia jej w ziemię. Tyczki mogą być składane. Służą do oznaczania punktu w terenie, aby były widoczne z dużej odległości.
rdf:langString
Ein Fluchtstab (auch Fluchtstange oder Mire oder Jalon) ist ein Mittel der Vermessung und Geodäsie. Er dient zum Signalisieren der einzumessenden Punkte, Grenzpunkte oder Strecken. Der Name kommt vom Aus- bzw. Einfluchten, wo in die Gerade zwischen zwei Stäben ein dritter Fluchtstab eingewiesen wird. Zum genauen Lotrechtstellen dient der Lattenrichter oder das Schnurlot.
rdf:langString
Un jalón (una baliza) es un accesorio para realizar mediciones con instrumentos topográficos, originalmente una vara larga de madera, de sección cilíndrica, donde se monta un prismática en la parte superior, y rematada por un regatón de acero en la parte inferior, por donde se clava en el terreno.
rdf:langString
A ranging rod (or range rod) is a surveying instrument used for marking the position of stations, and for sightings of those stations, as well as for ranging straight lines. Initially these were made of light, thin and straight bamboo, or of well seasoned wood such as teak, pine or deodar. They were shod with iron at the bottom and surmounted with a flag about 250 mm square in size. Nowadays they are made of wood, metal or fibreglass. The rods are usually about 30 mm in diameter and 2 m or 3 m long, painted with alternating bands, such as red and white, red and yellow, or black and white, in lengths of 200 mm (i.e. one link length of metric chain), 500 mm, or one foot. These colours are used so that the rod can be properly sighted in case of long distance or bad weather. Ranging rods of g
rdf:langString
Een jalon is een ronde rood-witte stok met stalen punt, gebruikt bij het landmeten. Een jalon dient om punten op de grond duidelijk zichtbaar te maken en ervoor te zorgen dat deze als het ware in één vlak, het zichtvlak van de landmeter komen te liggen. Bij deze punten moet men denken aan het begin en eind van een en het snijpunt van lijnen, bijvoorbeeld de verlengde van muren en de meetlijn. Een jalon moet daarom loodrecht t.o.v. de aarde staan. Dit kan met behulp van een jalonrichter.
rdf:langString
rdf:langString
Fluchtstab
rdf:langString
Jalón (topografía)
rdf:langString
Ranging rod
rdf:langString
Tyczka geodezyjna
rdf:langString
Jalon (landmeten)
xsd:integer
43535659
xsd:integer
919571344
rdf:langString
Ein Fluchtstab (auch Fluchtstange oder Mire oder Jalon) ist ein Mittel der Vermessung und Geodäsie. Er dient zum Signalisieren der einzumessenden Punkte, Grenzpunkte oder Strecken. Der Name kommt vom Aus- bzw. Einfluchten, wo in die Gerade zwischen zwei Stäben ein dritter Fluchtstab eingewiesen wird. Zum genauen Lotrechtstellen dient der Lattenrichter oder das Schnurlot. Der Fluchtstab ist ca. 2 m lang und aus rot-weiß-lackiertem Stahl, Kiefernholz oder Kunststoff. Er hat einen runden Querschnitt (25 mm Durchmesser) und eine Stahlspitze, damit man ihn gut in den Boden rammen oder z. B. überwachsene Grenzsteine freilegen kann. Durch den zweifarbigen Anstrich sind Fluchtstäbe auch von weitem gut erkennbar. Die Farbfelder sind in der Regel 50 cm lang und erlauben so auch (liegend verwendet) genäherte Distanzmessungen. Man verwendet auch 1-m-Stäbe, die mit Aufsätzen zu 2 m oder mehr zusammengesteckt werden. Man unterscheidet je nach der oberen Farbgebung Weiß- oder Rotköpfe. Um ein Durchfluchten zu erleichtern, werden Fluchtstäbe, die in Reihe gesetzt werden, oft mit jeweils abwechselnden Köpfen aufgestellt. Wenn sich ein Fluchtstab auf hartem Untergrund (z. B. Straße, Vermessungspunkt) nicht in den Boden rammen lässt, wird er mit einem Fluchtstabstativ (Dreibein mit Stahlbeinen und Klemme, auch kurz Stabstativ oder Spinne genannt) zum Stehen gebracht. Mit zwei rechtwinklig zueinander liegenden Fluchtstäben (mit Zählnadeln vor dem Wegrollen gesichert, sich an den Spitzen berührend) lässt sich über einem Grabloch die Lage eines zu setzenden Grenzsteins markieren. Der Punkt, an den der Grenzstein gesetzt werden soll, wird mit einem Schnurlot auf den Boden des Lochs abgelotet.
rdf:langString
Un jalón (una baliza) es un accesorio para realizar mediciones con instrumentos topográficos, originalmente una vara larga de madera, de sección cilíndrica, donde se monta un prismática en la parte superior, y rematada por un regatón de acero en la parte inferior, por donde se clava en el terreno. En la actualidad, se fabrican en aluminio, chapa de acero o fibra de carbono, en tramos de 1,50 m o 1,00 m de largo, enchufables mediante los regatones o roscables entre sí para conformar un jalón de mayor altura y permitir una mejor visibilidad en zonas boscosas o con fuertes desniveles.[cita requerida] Algunos se encuentran pintados (los de acero) o conformados (los de fibra de vidrio) con franjas, alternadas generalmente de color rojo y blanco de 25 cm de longitud alternados entre sí, para que el observador pueda tener mayor visibilidad del objetivo. Los colores obedecen a una mejor visualización en el terreno y el ancho de las franjas se usaba para medir en forma aproximada mediante estadimetría. Los jalones se utilizan para marcar puntos fijos en el levantamiento de planos topográficos, para trazar alineaciones, para determinar las bases y para marcar puntos particulares sobre el terreno. Habitualmente, son un medio auxiliar al teodolito, la brújula, el sextante u otros instrumentos de medición electrónicos como la estación total.
rdf:langString
A ranging rod (or range rod) is a surveying instrument used for marking the position of stations, and for sightings of those stations, as well as for ranging straight lines. Initially these were made of light, thin and straight bamboo, or of well seasoned wood such as teak, pine or deodar. They were shod with iron at the bottom and surmounted with a flag about 250 mm square in size. Nowadays they are made of wood, metal or fibreglass. The rods are usually about 30 mm in diameter and 2 m or 3 m long, painted with alternating bands, such as red and white, red and yellow, or black and white, in lengths of 200 mm (i.e. one link length of metric chain), 500 mm, or one foot. These colours are used so that the rod can be properly sighted in case of long distance or bad weather. Ranging rods of greater length, e.g. 3 to 6 m, are called ranging or range poles, and are used for very long survey lines. Another type of ranging rod is known as an offset rod, which has no flag at the top. It is used for measuring small offsets from the survey line when the work is of an ordinary nature.
rdf:langString
Een jalon is een ronde rood-witte stok met stalen punt, gebruikt bij het landmeten. Een jalon dient om punten op de grond duidelijk zichtbaar te maken en ervoor te zorgen dat deze als het ware in één vlak, het zichtvlak van de landmeter komen te liggen. Bij deze punten moet men denken aan het begin en eind van een en het snijpunt van lijnen, bijvoorbeeld de verlengde van muren en de meetlijn. Een jalon moet daarom loodrecht t.o.v. de aarde staan. Dit kan met behulp van een jalonrichter. Jalons zijn (precies) 2 meter lang en zijn beschilderd met afwisselend rode en witte banen. Deze stukken hebben een lengte van 20, 25 of 50 cm. Jalons hebben een rode of een witte kop. Aan de onderzijde bevindt zich een metalen punt. Vanwege het gebruik voor meet- en uitzetdoeleinden moet een jalon (absoluut) recht zijn en moet de punt precies in het midden zitten.
rdf:langString
Tyczka geodezyjna (także: tyczka miernicza) – wykonana z drewna lub metalu o długości 2 metrów, pomalowana w biało-czerwone poziome pasy o szerokości 20 cm, 25 cm lub 50 cm. U dołu jest zakończona grotem (ostrzem, spinem) dla ułatwienia wbicia jej w ziemię. Tyczki mogą być składane. Służą do oznaczania punktu w terenie, aby były widoczne z dużej odległości.
xsd:nonNegativeInteger
2101