Old West Norse
http://dbpedia.org/resource/Old_West_Norse
Fornvästnordiska är en gemensam benämning för fornisländska och fornnorska. Dessa var de två fornspråken i den västra delen av Norden och användes fram till reformationstiden.
rdf:langString
Uit Oernoords ontstond runen-Oudwestnoords.Uit het Oudwestnoords zijn het huidige IJslands, Faeröers en Noors ontstaan. IJslands door het en Middelijslands, Faeröers en Noors beide uit het Oudnoors, waarna Noors doorontwikkeld werd via Middelnoors, en Faeröers langs . Uit het Oudnoors ontstond nog een derde tak, het inmiddels uitgestorven en Norn. Het samenvoegen van de combinaties -mp-,-nt- en -nk- tot -pp-,-tt- en -kk- in Oudwestnoords markeerde het eerste onderscheid tussen de oosterse en westerse dialecten. De volgende tabel toont dit aan:
rdf:langString
O Nórdico Antigo Ocidental era um grupo de dialetos do Nórdico Antigo, falados na Noruega, Islândia e Ilhas Faroé, entre os anos de 800 e 1300. Foi também levado pelos viquingues às suas comunidades na Escócia, Inglaterra e Irlanda. Típico do nórdico antigo ocidental é ter conservado os antigos ditongos, ao contrário do nórdico antigo oriental. O Nórdico Antigo Ocidental fragmentou-se e modificou-se sucessivamente, dando origem às atuais línguas germânicas setentrionais: islandês, feroês, norueguês (nynorsk) e norueguês (bokmål). Destas, a mais próxima do nórdico antigo é o islandês.
rdf:langString
rdf:langString
Altwestnordisch
rdf:langString
Old West Norse
rdf:langString
Oudwestnoords
rdf:langString
Nórdico antigo ocidental
rdf:langString
Fornvästnordiska
xsd:integer
1757536
xsd:integer
924838371
rdf:langString
Uit Oernoords ontstond runen-Oudwestnoords.Uit het Oudwestnoords zijn het huidige IJslands, Faeröers en Noors ontstaan. IJslands door het en Middelijslands, Faeröers en Noors beide uit het Oudnoors, waarna Noors doorontwikkeld werd via Middelnoors, en Faeröers langs . Uit het Oudnoors ontstond nog een derde tak, het inmiddels uitgestorven en Norn. Het samenvoegen van de combinaties -mp-,-nt- en -nk- tot -pp-,-tt- en -kk- in Oudwestnoords markeerde het eerste onderscheid tussen de oosterse en westerse dialecten. De volgende tabel toont dit aan: Een vroeg verschil tussen Oudwestnoords en de andere dialecten was dat Oudwestnoords bú (woning), kú (accusatief voor koe) en trú (geloof/vertrouwen) vormde, waar Oudoostnoords er bō, kō en trō van maakte. Oudwestnoords werd ook gekenmerkt door het behoud van de u-umlaut, wat betekende dat bijvoorbeeld het Oernoordse *tanþu (tand) werd uitgesproken als tǫnn en niet als tann zoals in post-runen Oudoostnoords; Oudwestnoords vormde gǫ́s en runen Oudoostnoords gǭs, waar post-runen Oudoostnoords gās maakte. De vroegste vorm van de tekst verschijnt in runeninscripties en in gedichten samengesteld rond ca. 900 door Tjodolf van Hvin. De vroegste handschriften stammen uit de periode 1150-1200 en hebben betrekking op zowel juridische, religieuze en historische zaken. Tijdens de 12de en 13de eeuw waren Trøndelag en Vestlandet de belangrijkste gebieden van het Noorse koninkrijk en zij vormden Oudwestnoords tot een archaïsche taal met een rijke reeks verbuigingen. Oudwestnoords kende weinig dialectvariatie, en verschilde niet veel meer met Oudoost- en Westnoords dan de Oudnoordse dialecten met elkaar. Oudnoords verschilde al vroeg van de Oudijslands door het verlies van de medeklinker h in oorspronkelijke positie voor l, n en r. Waar Oudijslandse manuscripten het woord hnefi (vuist) gebruiken, kiezen Oudnoordse manuscripten voor nefi. In de late 13de eeuw begonnen Oudijslands en Oudnoords meer te verschillen. Na ca. 1350 lijken de Zwarte Dood en volgende sociale omwentelingen de verandering van de taal in Noorwegen te hebben versneld. Vanaf de late 14de eeuw is de gangbare taal in Noorwegen in het algemeen aangeduid als het Middelnoors. Oudwestnoords onderging een verlenging van de voorste klinkers op een bepaald punt, met name in Noorwegen, zodat het Oudwestnoordse eta éta werd, het Oudnoordse akr ⇒ ákr, het Oudijslandse ek ⇒ ék.
rdf:langString
O Nórdico Antigo Ocidental era um grupo de dialetos do Nórdico Antigo, falados na Noruega, Islândia e Ilhas Faroé, entre os anos de 800 e 1300. Foi também levado pelos viquingues às suas comunidades na Escócia, Inglaterra e Irlanda. Típico do nórdico antigo ocidental é ter conservado os antigos ditongos, ao contrário do nórdico antigo oriental. O Nórdico Antigo Ocidental fragmentou-se e modificou-se sucessivamente, dando origem às atuais línguas germânicas setentrionais: islandês, feroês, norueguês (nynorsk) e norueguês (bokmål). Destas, a mais próxima do nórdico antigo é o islandês. A literatura medieval islandesa e norueguesa - com destaque para a Edda e para as sagas islandesas - foi escrita no dialeto nórdico antigo ocidental, pelos noruegueses chamado de norrönt e pelos islandeses de fornnorræna, frumnorræna ou norræna.
rdf:langString
Fornvästnordiska är en gemensam benämning för fornisländska och fornnorska. Dessa var de två fornspråken i den västra delen av Norden och användes fram till reformationstiden.
xsd:nonNegativeInteger
338